Alle telefoons gaan tegelijk af. Crisis. Iedereen die piket heeft snelt naar het crisiscentrum of crisiscommunicatieteam. Je wilt meteen snel aan de slag. Maar dan komen plotseling allemaal vragen. Wat is mijn rol ook alweer? Wat is het wachtwoord van dat systeem en via welke link moet ik inloggen? Hoe delen we bestanden en informatie en waar slaan we dat op? Wie mag eigenlijk of we deze maatregel mogen nemen?
Herkenbaar? Dan zijn de mensen in de crisispoules zijn niet klaar voor de crisis. De crisis-werkwijze is niet ‘top of mind’.
En dat is ook niet zo gek. Veel mensen in crisisteams doen vaak niet meer dan één keer per jaar een oefening en één keer per jaar een training.
Als je vanuit didactisch oogpunt kijkt, verbaast het ook niet. Het is bewezen dat als je 4 uur met een onderwerp bezig bent en daarna een half jaar niet, de kennis snel wegzakt.
Wat nodig is, is dat alle medewerkers die in piketpoules zitten - maar niet dagelijks voor hun werk met de (koude) crisisorganisatie werken - minstens 1 à 2 keer per maand met crisis bezig zijn. Al is het maar 5 minuten. Dus in plaats van twee keer per jaar lang, veel vaker en korter.
Zo heb ik afgelopen maand daarom een aantal opstarttrainingen gedaan bij een opdrachtgever. De inhoud was hierin volledig ondergeschikt, het ging echt om het proces en het begin van een crisis te trainen. In totaal duurde alles 1,5 uur.
Deze opstarttraining valt onder het programma ‘Top of mind’. ‘Top of mind’ is het derde van de vier elementen in de Klaar voor elke Crisis-visie. Het laatste element deel ik volgende week met jullie. En ter afsluiting van dit vierluik kom ik nog met nieuws!